Women's work in the early modern Netherlands;Vrouwenarbeid in de vroegmoderne tijd in Nederland

Tijdschrift voor Sociale en Economische Geschiedenis

Volumn 2, Issue 3, 2005, Pages 2-21

  Schmidt, Ariadne ^a  

^a NONE

Author keywords

[No Author keywords available]

Indexed keywords

EID: 40749124440     PISSN: 15721701     EISSN: None     Source Type: Journal    
DOI: 10.18352/tseg.759     Document Type: Article

References (80)

1. Zie bijvoorbeeld: William Montague, The delights of Holland: or, a three months travel about that and the other provinces (Londen 1696) 183;
2. J.N. Jacobsen Jensen, 'Moryson's reis door en zijn karakteristiek van de Nederlanden', in: Bijdragen en Mededelingen vanhet Historisch Genootschap 39 (1918) 272.
3. Zie: Simon Schama, The embarrassment of riches. An interpretation of Dutch culture in the Golden Age (Londen 1991) 376-378.
4. Jan de Vries en Ad van der Woude, Nederland 1500-1815. De eerste ronde van moderne eco-nomische groei (Amsterdam 1995) 689.
5. Donald Haks, Huwelijk en gezin in Holland in de 17de en 18de eeuw (Utrecht 1985) 150-152.
6. Deborah Simonton, A history of European women's work, 1700 to the present (Londen/ New York 1998) 87-88;
7. Dorothée Sturkenboom, Spectators van hartstocht. Sekse en emotionele cultuur in de achttiende eeuw (Hilversum 1998) 317.
8. Zie bijvoorbeeld: Leonore Davidoffen Catherine Hall, Family Fortunes: Men and Women of the English Middle Class, 1780-1850 (Londen 1987);
9. Amanda Vickery, 'Golden age to separate spheres? A review of the categories and chronology of English women's history', in: The Historical Journal 36 (1993) 383-414.
10. Hettie A. Pott-Buter, Facts and Fairy Tales about female labor, family and fertility. A seven-country comparison 1850-1990 (Amsterdam 1993) 54-55,285-285;
11. De Vries en Van der Woude, Nederland, 698.
12. Ariadne Schmidt, Overleven na de dood. Weduwen in leiden in de Gouden Eeuw (Amsterdam 2002) 174.
13. Manon van der Heijden, 'Contradictory interests: Work, parents and offspring in early modern Holland', in: The History of the Family 9 (2004) 355-370, aldaar 359-360.
14. Els Kloek, 'De geschiedenis van een stereotype. De bazigheid, ondernemingszin en zindelijkheid van vrouwen in Holland (1500-1800)', in: Jaarboek van het Centraal Bureau voor Genealogie 58 (2004) 5-25.
15. De invloed van beschrijvingen van buitenlanders van Hollandse vrouwen was overigens groot. De nog steeds gezaghebbende Alice Clark verwijst naar buitenlandse waarnemers bij haar Stelling dat de arbeidsmarktpositie van vrouwen in Nederland beter was dan in Engeland. Alice Clark, Working life of women in the seventeenth century (Londen 1992) 35-37, 219-220.
16. De Vries en Van der Woude, Nederland.
17. Willem Frijhoff en Marijke Spies, 1650: Bevochten Eendracht (Den Haag 1999).
18. Anne Laurence, 'How free were English women in the seventeenth century?', in: Els Kloek, Nicole Teeuwen en Marijke Huisman (eds.), Women of the Golden Age. An international debate on women in the seventeenth-century Holland, England and Italy (Hilversum 1994) 127.
19. De Vries en Van der Woude, Nederland, 84-85.
20. Laurence, 'How free', 134.
21. De Vries en Van der Woude, Nederland, 606.
22. Lotte C. van de Pol, 'The lure of the big city. Female migration to Amsterdam', in: Kloek e.a.. Women of the Golden Age, 78.
23. Ook in erfrechtelijk opzicht kwamen vrouwen in Holland er in verhouding niet slecht vanaf. Zonen en dochters werden redelijk gelijk bedeeld. Hierdoor leverden zowel mannen als vrouwen een belangrijke bijdrage aan de economische basis van een nieuw te stichten gezin. Ariadne Schmidt, 'Vrouwen en het recht. De juridische status van vrouwen in Holland in de vroegmoderne tijd', in: Jaarboek Centraal Bureau voor Genealogie 58 (Den Haag 2004) 26-44.
24. Leo Noordegraaf en Jan Luiten van Zanden, 'Early modern economic growth and the standard of living: did labour benefit from Holland's Golden Age?', in: Karel Davids en Jan Lucassen, A Miracle Mirrored. The Dutch Republic in European perspective (Cambridge 1995) 426.
25. Pott-Buter, Facts, 54-55, 66-67, 282-286.
26. De Vries en Van der Woude, Nederland, 698.
27. Clark, Working life.
28. Zie Louise Tilly en Joan Scott, Women, work and family (New York 1978);
29. Merry Wiesner, Working women in Renaissance Germany (New Jersey 1986);
30. Martha Howell, Women, production and patriarchy in late medieval cities (Chicago 1986);
31. Bridget Hill, Women, work and sexual politics in eighteenth century England (Oxford 1989);
32. Heide Wunder Er ist die Sonn, sie ist der Mond. Frauen in der Frühen Neuzeit (München 1992).
33. Volgens Pinchbeck verloren vrouwen weliswaar economische mogelijkheden, maar uiteindelijk zou de industrialisatie als katalysator voor vrouwenemancipatie hebben gewerkt. Ivy Pinchbeck, Women workers and the industrial revolution 1750-1850 (Londen 1930).
34. Zie Judith M. Bennet, 'History that stands still: women's work in the European's past', in: Feminist Studies 4 (1988) 269-283.
35. Zie voor een overzicht: Ad Knotter, 'Problemen van de family economy. Gezinsarbeid en arbeidsmarkt in pre-industrieel Europa', in: M. Baud en Th. Engelen (eds.), Samen wonen, samen werken? Vijf essays over de geschiedenis van arbeid en gezin (Hilversum 1994) 45-48;
36. Catharina Lis, 'Gezinsarbeid en vrouwenarbeid tijdens een versnellingsfase in de ontwikkeling van het kapitalisme, 1750-1850', in: Tijdschrift voor Sociale Geschiedenis 36 (1984) 380-405.
37. Davis, 'Women in the arts mécaniques', 158;
38. E.M. Kloek, Wie hij zij, man of wijf. Vrouwengeschiedenis en de vroegmoderne tijd (Hilversum 1990) 74-77.
39. Maxine Berg, 'What difference did women's work make to the Industrial Revolution?', in: History Workshop Journal 35 (1993) 22-44.
40. Pamela Sharpe 'Continuity and change: women's history and economic history in Britain', in: Pamela Sharpe (ed.), Women's work. The English experience 1650-1914 (Londen 1998) 27, 33.
41. Pamela Sharpe, Adapting to capitalism. Working women in the English economy, 1700-1850 (Londen 1996) 6,149-150.
42. Sheilagh Ogilvie, A bitter living. Women, markets, and social capital in early modern Germany (Oxford 2003) 6,13-14; 334-352-
43. Amy Erickson, Women and Property in Early Modern England (Londen 1993);
44. Jan de Vries, 'Between purchasing power and the world of goods: understanding the household economy in early modern Europe', in: John Brewer en Roy Porter (eds.), Consumption and the world of goods (Londen en New York 1993) 85-132.
45. Zie bijvoorbeeld: Helene Hubers, Zij prijst haar waar. Antwerpse visverkoopsters in de zestiende en zeventiende eeuw, doctoraalscriptie (Universiteit Utrecht 1991);
46. Marieke Zech, De werkende vrouw in getal en beeld. Vrouwen en de boekhandel in Amsterdam en Londen, 1600-1699, doctoraalscriptie (Universiteit Utrecht 1997);
47. Marjolein van Dekken, Bier maakt het leven goed. De sociale positie van bierbrouwsters in de Hollandse steden Haarlem en Gouda gedurende de eerste helft van de zestiende eeuw, doctoraalscriptie (Vrije Universiteit Amsterdam 2001);
48. Nicolien Visser, Utrechtse herbergiersters en dunbiertapsters in de zeventiende en achttiende eeuw, doctoraalscriptie (Universiteit Utrecht 1997);
49. Laura Van Aert, "Van appelen tot zeemleer" Koopvrouwen in Antwerpen in de 16de eeuw, Thesisverslag (Universiteit Antwerpen 2002).
50. Kloek, Wie hij zij, 31.
51. Angélique Janssens, 'De mannelijke kostwinner: mythe of historische werkelijkheid? Een overzicht van het débat', in: Tijdschrift voor geschiedenis III (1998) 258-280.
52. De Vries en Van der Woude, Nederland, 689;
53. Frijhoff en Spies, 1650,190-192.
54. Jenneke Quast, 'Vrouwenarbeid omstreeks 1500 in enkele Nederlandse steden', in: Jaarboek voor vrouwengeschiedenis 1 (1980) 46-64;
55. A.Th. Van Deursen, 'Werkende vrouwen in een Hollands Dorp", in: De zeventiende eeuw 4 (1988) 3-16;
56. Thera Wijsenbeek-Olthuis, 'Van priseersters tot prostituées. Beroepen van vrouwen in Delft en Den Haag tijdens de achttiende eeuw', in: Jaarboek voor vrouwengeschiedenis 8 (1987) 173-206;
57. Howell, Women, production and patriarchy, Kloek, Wie hij zij; H.A. van der Borg, Vroedvrouwen in beeld en beroep. Ontwikkelingen in het vroedvrouwschap in Leiden, Arnhem, 's Hertogenbosch, en Leeuwarden 165O-1865 (Amsterdam 1992);
58. Lotte van de Pol, Het Amsterdams Hoerdom. Prostitutie in de zeventiende en achttiende eeuw (Amsterdam 1996);
59. Van de Pol, 'The lure of the big city';
60. Marybeth Carlson, Domestic service in a changing city economy: Rotterdam, 1680-1780, ongepubliceerde dissertatie, University of Wisconsin-Madison (1993);
61. Kirsten Harmsenen Hélène Hubers, 'En zij verkocht de vis...Visverkoopsters in Utrecht en Antwerpen van de veertiende tot en met de zeventiende eeuw', in: Dinamiek 8 (1991) 29-40;
62. Hilde van Wijngaarden, 'Barber Jacobs en andere uitdraagsters. Werkende vrouwen in Amsterdam in de zestiende en zeventiende eeuw', in: Tijdschrift voor vrouwengeschiedenis 16 (1995) 334-347.
63. Hilde van Wijngaarden, Zorg voor de kost. Armenzorg, arbeid en onderlinge hulp in Zwolle 165O-1700 (Amsterdam 2000);
64. Ingrid van der Vlis, Leven in armoede. Delftse bedeelden in de zeventiende eeuw (Amsterdam 2001).
65. Van de Pol, Amsterdams hoerdom, 113, 296.
66. Overigens waren weduwen vaak meer dan een intermediair die de bedrijfscontinuïteit garandeerde tussen de dood van een echtgenoot en het volwassen worden van een zoon en behielden ze het bedrijf tot hun dood. Schmidt, Overleven, 121-168;
67. Gabrielle Dorren, Eenheid en verscheidenheid. De burgers van Haarlem in de Gouden Eeuw (Amsterdam 2001) 106-112.
68. Bibi Panhuysen, Maatwerk. Kleermakers, naaisters, oudkleerkopers en gilden (1500-1800) (Amsterdam 2000) 177-238, 278.
69. De Vries en Van der Woude, Nederland, 689.
70. Schmidt, 'Vrouwen en het recht, 26-44.
71. Een uitzondering voor de moderne tijd is: M. van der Burg, 'Geen tweede boer'. Gender, landbouwmodernisering en onderwijs aan plattelandsvrouwen in Nederland, 1863-1968 (Wage-ningen 2002).
72. Roelof van Gelder, Het Oost-Indisch avontuur. Duitsers in dienst van de VOC (Nijmegen 1997) 58;
73. Marc van Alphen, 'The female side of Dutch shipping: financial bonds of seamen ashore in the 17th and 18th century', in: J.R. Bruijn en W.F.J. Morzer Bruyns (eds.), Anglo-Dutch Mercantile Marine relations 1700-1850 (Leiden, 1991) 125-132;
74. Manon van der Heijden, 'Achterblijvers. Rotterdamse vrouwen en de VOC (1602-1750)', in: Manon van der Heijden en Paul van der Laar (eds.), Rotterdammers en de VOC. Handelscompagnie, stad en burgers (1600-1800) (Amsterdam 2002) 181-212;
75. Annette de Wit, Seamen and shore women -The maritime household in Dutch seafaring communities of the seventeenth century ongepubliceerde paper (Rijksuniversiteit Leiden 1998);
76. Danielle van den Heuvel, "Bij uijtlandigheijt van haar man". Echtgenotes van VOC-zeelieden, aangemonsterd voor de kamer Enkuizen (1700-1750) (Amsterdam 2004).
77. Evelien Walhout en Frans van Poppel, '"De vermelding des beroeps: eene ijdele formaliteit?" Twee eeuwen vrouwelijke beroepsarbeid in Nederlandse huwelijksakten', in: Tijd-schrift voor sociale geschiedenis 29 (2003) 330-331.
78. Robert Beachy, 'Business was a Family affair: Women of Commerce in Central Europe, 1650-1880', Histoire Sociale, Social History XXXIV (2001) 307-330;
79. Tina Hammer-Stroeve, Familiezoet. Vrouwen in een ondernemerselite, Enschede 1800-1914 (Zutphen 2001).
80. Zie voor een overzicht hiervan Ogilvie, A bitter living, 7-9.