Haemolytic disease of the newborn and irregular blood group antagonism in the Netherlands: Prevalence and morbidity;Hemolytische ziekte van de pasgeborene en irregulaire- bloedgroepantagonisme in Nederland: Prevalentie en morbiditeit

Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde

Volumn 143, Issue 28, 1999, Pages 1465-1469

  Van Dijk, B A ^a,b   Hirasing, R A ^a,c   Overbeeke, M A M ^a  

^a Reitdiepskade 1001/AB   (Netherlands)

^b TNO   (Netherlands)

^c CENTRAL LABORATORY   (Netherlands)

Author keywords

[No Author keywords available]

Indexed keywords

BILIRUBIN; ERYTHROCYTE ANTIBODY; RHESUS D ANTIBODY;

ANTIBODY DETECTION; ARTICLE; BILIRUBIN BLOOD LEVEL; BLOOD GROUP INCOMPATIBILITY; BLOOD TRANSFUSION; HIGH RISK PREGNANCY; HUMAN; MORBIDITY; NEWBORN; NEWBORN HEMOLYTIC DISEASE; PREVALENCE;

BLOOD GROUP INCOMPATIBILITY; BLOOD TRANSFUSION; ERYTHROBLASTOSIS, FETAL; FEMALE; HUMANS; HYPERBILIRUBINEMIA; INCIDENCE; INFANT, NEWBORN; ISOANTIBODIES; KELL BLOOD-GROUP SYSTEM; MALE; MASS SCREENING; NETHERLANDS; PREGNANCY; PREGNANCY COMPLICATIONS, HEMATOLOGIC; PREVALENCE; PROSPECTIVE STUDIES; REGISTRIES; RH-HR BLOOD-GROUP SYSTEM;

EID: 0033542794     PISSN: 00282162     EISSN: None     Source Type: Journal    
DOI: None     Document Type: Article

References (15)

1. Dijk BA van. Irregulair bloedgroepantagonisme: een geregeld probleem [proefschrift]. Leiden: Rijksuniversiteit Leiden; 1991.
2. Inspectie voor de Gezondheidszorg/Ziekenfondsraad. Bloedonderzoek in de zwangerschap: zwangerschapsimmunisatie, hepatitis B en lues. Bulletin van het Staatstoezicht op de Volksgezondheid. Rijswijk/Amstelveen: Inspectie voor de Gezondheidszorg/Ziekenfondsraad; 1998.
3. Schneider JM, Pirofsky B, Hoskins BL, Benson RC, Prediction of intrauterine fetal involvement in erythroblastosis fetalis. Comparative analysis of prediction with immune antibody titers and amniotic fluid analyses. Obstet Gynecol 1967;30:432-7.
4. Bowman HS. Prenatal serodiagnosis of blood group sensitization. II. Maternal sensitizations other than D (Rho), with a comparison of the red cell antigens Kell (K1), E (Rh″), and c (hr′). Am J Obstet Gynecol 1968;101(5):623.
5. Queenan JT, Smith BD, Haber JM, Jeffrey J, Gadow HC. Irregular antibodies in the obstetric patient. Obstet Gynecol 1969;34:767-71.
6. Pepperell RJ, Barrie JU, Fliegner JR. Significance of red-cell irregular antibodies in the obstetric patient. Med J Aust 1977;ii: 453-6.
7. Mickley H. Haemolytic disease of the newborn due to antibodies other than rhesus anti-D [letter]. Br Med J (Clin Res Ed) 1981;283: 1605-6.
8. Solola A, Sibai B, Mason JM. Irregular antibodies: an assessment of routine prenatal screening. Obstet Gynecol 1983;61:25-30.
9. Bowell PJ, Allen DL, Entwistle CC. Blood group antibody screening tests during pregnancy. Br J Obstet Gynaecol 1986;93:1038-43.
10. Schoenitzer D. Die blutgruppenserologische Schwangerschafts-überwachung und Neugeborenenscrologie in Tirol. Infusionstherapie 1988;15:64-77.
11. Heringa MP. Computer-ondersteunde screening in de prenatale zorg [proefschrift]. Groningen: Rijksuniversiteit Groningen; 1998.
12. Overbeeke MAM, Dudok de Wit C. Preventie van de immunisatie tegen erytrocytenantigenen c, E en K veroorzaakt door bloedtransfusie. Ned Tijdschr Geneeskd 1994;138:1116-8.
13. Brouwers H. AB()-haemolytic disease of the newborn [proefschrift]. Utrecht: Rijksuniversiteit Utrecht; 1988.
14. Landelijke Begeleidingscommissie Preventie Zwangerschapsimmunisatie. LBPZ Driejaarsverslag 1995 t/m 1997. Amsterdam: Stichting Sanquin Bloedvoorziening; 1998.
15. Aken WG van, Dinkelaar RB, Gorgels JPMC, Knape JTA, Everdingen JJE van. Tweede herziening consensus bloedtransfusie. Ned Tijdschr Geneeskd 1998;142:298-300.